U kunt verschillende opties instellen voor de applicatie VMware Identity Manager Desktop wanneer u het betreffende installatieprogramma uitvoert via de opdrachtregel of een implementatiescript.
Beschikbare opdrachtregelopties voor het installatieprogramma VMware Identity Manager Desktop
VMware-Identity-Manager-Desktop-n.n.n-nnnnnnn /?waarbij n.n.n-nnnnnnn de versie en het versienummer van het bestand vertegenwoordigen. Er wordt een dialoogvenster weergegeven met de beschikbare installatieopties voor het installeren van de clientapplicatie door middel van de opdrachtregel of een implementatiescript.
Optie installatieprogramma | Waarde | Beschrijving |
---|---|---|
/? | Toont de opdrachtregelopties voor het installatieprogramma. | |
/a | Voert een administratieve installatie uit. Raadpleeg de Documentatie voor het Windows-installatieprogramma voor meer informatie. |
|
/a | volledig pad naar bestaande administratieve installatie | Voert een patch uit voor een bestaande administratieve installatie. |
/s | Verbergt het initialisatiedialoogvenster tijdens de installatie. Gebruik /s /v/qn om in de stille modus te installeren. In de stille modus worden tijdens de installatie geen meldingen, dialoogvenster of prompts weergegeven. U kunt deze optie met name gebruiken wanneer u een implementatiescript aanmaakt om het installatieprogramma uit te voeren. |
|
/v | sleutelwaardeparen | Een parameterset om door te geven aan het installatieprogramma, gespecificeerd als sleutelwaardeparen. Gebruik de indeling key=value. Deze argumenten configureren de runtime-opties voor de ThinApp-pakketten en voor de VMware Identity Manager Desktop in het algemeen. |
/c | Verwijdert informatie over de installatieregistratie. | |
/l | [volledig pad naar logboekbestand] | Legt logboekinformatie gedetailleerd vast en slaat deze op in het gespecificeerde logboekbestand. Wanneer u geen logboekbestand specificeert, wordt een standaard logboek in %TEMP% gebruikt. |
/x | Pakt het installatieprogramma uit in de map %TEMP%. |
Sleutelwaardeparen voor de optie /v
Voor de installatieprogrammaoptie /v kunt u de volgende sleutelwaardeparen gebruiken.
Sleutel | Waarde | Beschrijving |
---|---|---|
WORKSPACE_SERVER | Hostnaam of URL van de VMware Identity Manager-service | Levert de VMware Identity Manager service-hostnaam of URL zodat de applicatie VMware Identity Manager Desktop met de service kan communiceren. HTTPS is het vereiste protocol. Plaats de waarde tussen aanhalingstekens. Gebruik de volgende notatie: of Bijvoorbeeld: WORKSPACE_SERVER="https://myserver.mycompany.com" WORKSPACE_SERVER="myserver" |
INSTALL_MODE | Een van de volgende: COPY_TO_LOCAL HTTP_DOWNLOAD RUN_FROM_SHARE |
Stelt de implementatiemodus in voor hoe de applicatie VMware Identity Manager Desktop ThinApp-pakketten verkrijgt in runtime. ThinApp-pakketten zijn gevirtualiseerde Windows-applicaties. De ThinApp-pakketten bevinden zich op een netwerkshare die is geïntegreerd met VMware Identity Manager.
De standaardwaarde is COPY_TO_LOCAL. Voor alle modi geldt dat voor de netwerkshare de juiste rechten voor bestanden en delen moeten zijn geconfigureerd. Zie Installatie en configuratie van VMware Identity Manager.
Belangrijk: Wanneer u
VMware Identity Manager Desktop op zwevende Horizon-desktops installeert, gebruikt u de optie RUN_FROM_SHARE om te voorkomen dat de ThinApp-pakketten naar staatloze Horizon-desktopsystemen worden gekopieerd.
Wanneer de applicatie VMware Identity Manager Desktop is geïnstalleerd met een van deze configuraties, moet het gebruikersaccount waarmee wordt aangemeld op het Windows-systeem de juiste rechten voor bestanden en delen hebben op de netwerkshare om de ThinApp-pakketten te kunnen verkrijgen:
|
POLLING_INTERVAL | Frequentie in seconden | Stelt de frequentie in seconden in van de synchronisatie tussen de geïnstalleerde VMware Identity Manager Desktop-applicatie en VMware Identity Manager om te controleren op nieuwe ThinApp-pakketten of rechten. Wanneer deze waarde niet wordt opgegeven, geldt de standaardwaarde van 300 seconden (5 minuten). Bijvoorbeeld: POLLING_INTERVAL=600 |
ENABLE_AUTOUPDATE | 0 of 1 | Schakelt de automatische updatecontrole in of uit, en downloadt activiteiten. Wanneer deze is ingeschakeld, controleert de geïnstalleerde VMware Identity Manager Desktop-applicatie automatisch of er een meer recente applicatie beschikbaar is die kan worden gedownload. Wanneer er een nieuwere versie beschikbaar is, downloadt de VMware Identity Manager Desktop-applicatie de nieuwere versie automatisch en update zichzelf. Deze optie is standaard ingeschakeld. Stel de waarde van deze variabele in op 0 om de automatische update uit te schakelen. Wanneer deze waarde niet wordt opgegeven, geldt de standaardwaarde 1. Voor het installeren van automatische updates, zijn beheerdersrechten vereist. |
SHARED_CACHE | 0 of 1 | Bepaalt of de cache van het ThinApp-pakket zich in een algemene map op het Windows-systeem bevindt waarop de clientapplicatie wordt geïnstalleerd. Stel de waarde van deze variabele in op 1 om te specificeren dat alle gebruikersaccounts op het Windows-systeem een algemene cachelocatie delen. Standaard is %ProgramData%\VMware\Identity Manager Desktop\thinapp de algemene map. Wanneer deze waarde niet wordt gespecificeerd, geldt de standaardwaarde 0 en krijgt elke Windows-gebruikersaccount een eigen cache. De standaardlocatie hiervan is %LOCALAPPDATA%\VMware\Identity Manager Desktop\thinapp.
Opmerking: Wanneer u een gedeelde cache specificeert, verwijdert de
VMware Identity Manager Desktop-applicatie ThinApp-pakketten niet automatisch uit deze gedeelde cache. Omdat SHARED_CACHE=1 aangeeft dat alle gebruikersaccounts op het Windows-systeem dezelfde locatie delen, moeten de pakketten op de gedeelde locatie blijven zodat gebruikers met rechten deze kunnen gebruiken, zelfs als u de rechten intrekt van een gebruiker. Wanneer u de rechten van een gebruiker voor een ThinApp-pakket intrekt, maakt de
VMware Identity Manager Desktop-applicatie de registratie van dat pakket voor die gebruiker ongedaan. Andere gebruikers met rechten op dat Windows-systeem kunnen het ThinApp-pakket blijven gebruiken. U kunt de algemene cache handmatig verwijderen om ruimte vrij te maken als er geen gebruikersaccounts op dat Windows-systeem zijn met rechten om de ThinApp-pakketten te gebruiken. Elk ThinApp-pakket heeft een eigen map onder de cachelocatie.
|
CACHE_DIR | Pad naar map | Stelt de locatie in waar ThinApp-pakketten lokaal in de cache zullen worden geplaatst als de installatiemodus HTTP_DOWNLOAD of COPY_TO_LOCAL wordt gebruikt. Deze waarde wordt per systeem en niet per gebruiker ingesteld, dus u moet omgevingsvariabelen gebruiken zoals %LOCALAPPDATA%, om gebruikersspecifieke locaties te selecteren. Maak van het teken % altijd een escapeteken op de opdrachtregel om directe expansie te voorkomen. Bijvoorbeeld: CACHE_DIR=^%LOCALAPPDATA^%\cache |
AUTO_TRY_HTTP | 0 of 1 | Wanneer de VMware Identity Manager Desktop-applicatie is geïnstalleerd met de optie COPY_TO_LOCAL en toegang op basis van accounts is geconfigureerd voor VMware Identity Manager, bepaalt de optie AUTO_TRY_HTTP of de client automatisch moet proberen om de ThinApp-pakketten voor de gebruiker met rechten te downloaden via het HTTP-protocol, zoals gebeurt bij de optie HTTP_DOWNLOAD, wanneer de eerste downloadpoging mislukt. Deze optie is standaard ingeschakeld. Stel de waarde van deze optie in op 0 wanneer u niet wilt dat het HTTP-protocol wordt gebruikt om te downloaden.
Belangrijk: Om de optie AUTO_TRY_HTTP te laten werken, moet de integratie van de ThinApp-pakketten in
VMware Identity Manager worden geconfigureerd voor toegang op basis van accounts. Zie
VMware Identity Manager-vereisten voor ThinApp-pakketten en de opslagplaats netwerkshare.
|
INSTALL_MODULES | thinapp | Een door komma's gescheiden lijst met te installeren modules. Momenteel is alleen de thinapp-module beschikbaar. |
MIGRATE_ACTION | Een van de volgende: MOVE COPY NONE |
Wanneer de oude Workspace for Windows-applicatie is geïnstalleerd, migreert het installatieprogramma data en instellingen van de oude applicatie naar de nieuwe. De standaardwaarde is MOVE. De volgende instellingen worden verplaatst, gekopieerd of genegeerd, afhankelijk van de waarde die u specificeert. Gecachte ThinApp-pakketten Gedownloade ThinApp-pakketten worden gekopieerd van de Workspace for Windows-cache, %LOCALAPPDATA%\VMware\Horizon ThinApp\PackageCache naar de nieuwe cachelocatie %LOCALAPPDATA%\VMware\Identity Manager Desktop\thinapp. Namen van mappen in de cachemap worden gewijzigd.
Belangrijk: Eigenschappen die tijdens de installatie zijn ingesteld voor VMware Identity Manager hebben prioriteit over gemigreerde waarden voor die eigenschappen. Wanneer bijvoorbeeld de INSTALL_MODE in Workspace for Windows is ingesteld op COPY_TO_LOCAL en u heeft tijdens het installeren van Identity Manager Desktop
/v INSTALL_MODE=HTTP_DOWNLOAD gespecificeerd, wordt INSTALL_MODE ingesteld op HTTP_DOWNLOAD.
|
De VMware Identity Manager Desktop-opdrachtregelopties voor het installatieprogramma gebruiken
Als uw VMware Identity Manager-instantie een URL met https://identitymanagerFQDN heeft en VMware Identity Manager is geconfigureerd voor toegang op basis van accounts voor netwerkshare delen van uw ThinApp-pakketten, en u de VMware Identity Manager Desktop-applicatie stil wilt installeren op meerdere desktops van die VMware Identity Manager-instantie met deze opties:
- De installatieoptie ThinApp ingesteld op HTTP_DOWNLOAD omdat u verwacht dat deze Windows-systemen waarschijnlijk niet worden toegevoegd aan het domein. VMware Identity Manager is op de juiste manier geconfigureerd voor toegang op basis van accounts tot de netwerkshare met de ThinApp-pakketten.
- De client controleert elke 60 seconden via VMware Identity Manager op nieuwe pakketten en rechten.
VMware-Identity-Manager-Desktop-n.n.n-nnnnnnn.exe /s /v/qn WORKSPACE_SERVER="https://identitymanagerFQDN" INSTALL_MODE=HTTP_DOWNLOAD POLLING_INTERVAL=60waarbij u het gedeelte n.n.n-nnnnnnn van de bestandsnaam vervangt zodat deze overeenkomt met de naam van uw gedownloade VMware Identity Manager Desktop-installatieprogramma.