Wanneer u het bronverbruik wilt verminderen en de prestaties wilt verhogen als u de Workspace ONE-portal in niet-persistente desktops (ook wel staatloze of stateless desktops genoemd) gebruikt, kunt u de client configureren met instellingen die zijn geoptimaliseerd voor gebruik in een niet-persistent View-desktop.
Probleem
Wanneer op een niet-persistent View-desktop de VMware Identity Manager-desktopapplicatie in het View-desktop is geïnstalleerd, worden telkens wanneer een gebruiker een sessie start een groter aantal bronnen gebruikt, zoals I/O's voor opslag.
Oorzaak
Niet-persistente View-desktops zijn van nature staatloos. Dergelijke View-desktops worden ook wel zwevende desktops genoemd; nieuwe sessies kunnen worden gemaakt wanneer de zwevende desktops opnieuw worden samengesteld of wanneer de gebruiker een nieuwe desktop uit de groep krijgt. Als de VMware Identity Manager-desktopapplicatie die in de niet-persistente desktops wordt gebruikt, niet wordt geconfigureerd met instellingen die voor dit scenario zijn geoptimaliseerd, nemen de prestaties voor gebruikers mogelijk af wanneer zij ThinApp-pakketten openen.
Normaal gesproken configureert u de VMware Identity Manager-desktopapplicatie voor de View-desktops met behulp van de opties in het installatieprogramma voor opdrachtregels. Zie Opdrachtregelopties van installatieprogramma voor VMware Identity Manager Desktop.