Gebruikers kunnen de Horizon-desktops of -applicaties waarvoor ze rechten hebben, uitvoeren vanuit de Workspace ONE-portal of -app.
Een applicatie of desktop kan in Horizon Client of in een browser worden gestart, afhankelijk van de wijze waarop de applicatie of desktop in Horizon is geconfigureerd. Voor applicaties of desktops die alleen in Horizon Client kunnen worden gestart, moeten gebruikers Horizon Client op hun systemen installeren. Voor applicaties en desktops die zowel in Horizon Client als in een browser kunnen worden gestart, kunnen gebruikers de gewenste startmethode selecteren.
Gebruikers kunnen ook hun standaardstartvoorkeur instellen op de pagina Voorkeuren in de Workspace ONE-portal. Deze gebruikersvoorkeur overschrijft elke andere startvoorkeur die is ingesteld op beheerdersniveau.
Voorwaarden
- Wellicht moeten gebruikers Horizon Client installeren, afhankelijk van de wijze waarop de applicatie of desktop in Horizon is geconfigureerd. Zie voor ondersteunde versies van Horizon Client de VMware Product Interoperability Matrix via http://www.vmware.com/resources/compatibility/sim/interop_matrix.php.
- Als u Horizon 7.13 of hogere versies met Workspace ONE Access integreert, zien eindgebruikers altijd de optie in Intelligent Hub om applicaties en desktops in een browser te starten. Als HTML Access echter niet is geïnstalleerd op de Horizon Connection Servers, start de browser niet. Voor Horizon 7.13 en hogere versies moet u HTML Access op de Horizon Connection Servers installeren. Zie de documentatie voor VMware Horizon HTML Access voor meer informatie.
Procedure
resultaten
Als u de optie in browser hebt gekozen, wordt de applicatie of desktop gestart in een browser. Wanneer u Horizon 6.1.1 of later gebruikt, wordt op het browserscherm ook een HTML Access Tray weergegeven.