Voor de vRealize Automation 8-migratieassistenttool gelden deze netwerkbeperkingen.

  • U kunt slechts één CIDR instellen en alleen de bijbehorende IP-bereiken gebruiken.
  • CIDR en de grootte van het subnet zijn mogelijk onnauwkeurig. U kunt dit corrigeren door de grootten in het netwerkprofiel na de migratie te bewerken.
  • vRealize Automation 8 ondersteunt alleen Infoblox. Geen enkele externe IPAM wordt ondersteund. Alle andere externe IPAM's moeten door de gebruiker naar de vRealize Automation 8 IPAM SDK worden overgedragen.
  • Voordat u kunt migreren naar vRealize Automation 8.x, moeten de configuraties voor de bron- en doeleindpunten voor IPAM dezelfde zijn.
  • De vRealize Automation 8-migratieassistent ondersteunt geen blueprints met een privénetwerkonderdeel die geen privénetwerkprofiel voor migratie bevatten.
  • IP-toewijzingen van virtual machines voor zowel VM's als geïmplementeerde VM's worden gecontroleerd tijdens de migratie van de implementatie en worden toegewezen tegen de geonboarde resources in vRealize Automation 8. Als u alleen uw broninfrastructuur en niet uw implementaties migreert, kan het inrichten van virtuele machines mislukken omdat uw IP-bronadressen niet worden gemigreerd en niet op de juiste wijze zijn toegewezen tegen geonboarde vRealize Automation 8-resources.
  • Na de migratie naar vRealize Automation 8 wordt alle IPAM-informatie gemigreerd. Bewerkingen voor dag 2, zoals het verwijderen van implementaties, geven de IP-adressen alleen vrij van een externe IPAM voor implementaties met externe netwerkprofielen. U moet het IP-adres handmatig verwijderen uit IPAM voor implementaties met netwerken op aanvraag. Als tijdelijke oplossing kunt u een abonnement maken om het IP uit IPAM te verwijderen.
  • Als IP-adressen niet worden toegewezen bij het migreren van netwerkprofielen, worden ze tijdens de implementatiemigratie toegewezen.