De Red Hat OpenShift-integratie configureren in Automation Assembler

U kunt een Red Hat OpenShift-resourceverbinding op locatie in de cloud configureren om Kubernetes-integratie en beheermogelijkheden op bedrijfsniveau in Automation Assembler te ondersteunen.

Automation Assembler ondersteunt integratie met OpenShift-versies 3.x.

Voorwaarden

• U moet een juist geconfigureerde Red Hat OpenShift-implementatie hebben.
• Controleer of u over cloudbeheerdersreferenties beschikt. Zie Wat zijn de VMware Aria Automation-gebruikersrollen voor meer informatie.
• VMware biedt resources die u kunt gebruiken om een OpenShift-cluster te maken met een cloudsjabloon op de volgende locatie: https://flings.vmware.com/enterprise-openshift-as-a-service-on-cloud-automation-services. U kunt clusters die zijn gemaakt met deze resources gebruiken als globale clusters in de Kubernetes-zones om selfservicenaamruimten te maken.

Procedure

1. Selecteer Infrastructuur > Verbindingen > Integraties en klik op Integratie toevoegen.
2. Selecteer Red Hat OpenShift.
3. Voer het adres en de locatie in voor de OpenShift-server.
4. Selecteer het juiste type verificatiegegevens en voer de juiste verificatiegegevens in.
   OpenShift-integratie ondersteunt de verificatie met OAuth-gebruikersnaam/-wachtwoord, openbare sleutel of Bearer-token.
5. Voer een geschikte naam en beschrijving in voor de OpenShift-integratie.
6. Als u tags nodig hebt om een tagstrategie te ondersteunen, voert u de geschikte capaciteitstags in. Zie Tags gebruiken om Automation Assembler-resources en -implementaties te beheren en Een tagstrategie maken.
7. Klik op Toevoegen.

resultaten

Wanneer een integratie wordt gemaakt, worden nieuwe Kubernetes-clusters weergegeven in de relevante sectie van de Kubernetes-pagina. U kunt Kubernetes-zones maken en deze aan een project toewijzen. Daarnaast kunt u Kubernetes-naamruimten configureren die het beheer van clusters tussen grote groepen en organisaties mogelijk maken.

Volgende stappen

Maak of selecteer de betreffende Kubernetes-zones, selecteer vervolgens een of meer clusters of naamruimten en wijs deze toe aan een project. Daarna kunt u cloudsjablonen maken en publiceren om gebruikers de mogelijkheid te geven om selfservice-implementaties te genereren die gebruikmaken van Kubernetes.