Naast de acties voor dag 2 die al zijn gekoppeld aan Cloud Assembly-resourcetypen, hebt u ontwerpopties waarmee u zich vooraf kunt voorbereiden op aangepaste updates die gebruikers mogelijk moeten uitvoeren.

Voorzichtig:

Als u een implementatie wilt wijzigen, kunt u de cloudsjabloon bewerken en opnieuw toepassen of kunt u acties voor dag 2 gebruiken. In de meeste gevallen is het echter beter om het gebruik van twee manieren door elkaar te vermijden.

Wijzigingen in levenscyclus voor dag 2, zoals in- en uitschakelen, zijn doorgaans veilig, maar voor andere is voorzichtigheid vereist, bijvoorbeeld bij het toevoegen van schijven.

Als u bijvoorbeeld schijven met een actie voor dag 2 toevoegt en vervolgens een gemengde benadering volgt door de cloudsjabloon opnieuw toe te passen, kan de cloudsjabloon de wijziging voor dag 2 overschrijven, waardoor mogelijk schijven worden verwijderd en gegevens verloren gaan.

De voorbereiding voor dag 2 kan direct gebruik van ofwel de cloudsjablooncode ofwel de Cloud Assembly-ontwerpinterface inhouden.

  • U kunt invoer in cloudsjablooncode gebruiken zodat de interface bij het bijwerken van de implementatie of geïmplementeerde resource om nieuwe waarden vraagt.
  • U kunt Cloud Assembly gebruiken om een aangepaste actie op basis van een vRealize Orchestrator-werkstroom of een uitbreidbaarheidsactie te ontwerpen. Het uitvoeren van de aangepaste actie zorgt ervoor dat workflow of uitbreidbaarheidsactie wijzigingen aanbrengt in de implementatie of geïmplementeerde resource.