VMware Horizon Cloud Service met gehoste infrastructuur of infrastructuur op locatie kan worden geïntegreerd met de Workspace ONE Access-service.

Met de integratie van Horizon Cloud met de Workspace ONE Access-service kunt u gebruikers de mogelijkheid geven om vanuit de Workspace ONE-portal of -app toegang te krijgen tot de Horizon Cloud-applicaties en -desktops waarvoor ze rechten hebben. Gebruikers beschikken over één centrale plek voor toegang tot al hun applicaties op al hun apparaten.

Desktop- en applicatiepools, ook wel toewijzingen genoemd, worden geconfigureerd in de Horizon Cloud-tenant. Ook stelt u gebruikers- en groepsrechten in in de Horizon Cloud-tenant, niet in de Workspace ONE Access-service. U moet deze gebruikers en groepen vanaf Active Directory synchroniseren met de Workspace ONE Access-service voordat u met de Horizon Cloud-tenant gaat integreren.

Om Horizon Cloud te integreren met Workspace ONE Access, maakt u een of meer verzamelingen van virtuele apps in de Workspace ONE Access-console. De verzamelingen van virtuele apps bevatten de configuratiegegevens voor de Horizon Cloud-tenants, evenals de synchronisatie-instellingen.

U kunt een synchronisatieplanning voor elke verzameling instellen om bronnen en rechten van de Horizon Cloud-tenants regelmatig te synchroniseren naar de Workspace ONE Access-service.

Nadat u de Horizon Cloud-tenant met Workspace ONE Access heeft geïntegreerd, kunt u de Horizon Cloud-desktops en -applicaties in de Workspace ONE Access-console zien. U kunt ook gebruikers- en groepsrechten weergeven.

Eindgebruikers kunnen hun desktops en apps vanuit de Workspace ONE-portal of -app starten. Deze desktops en apps kunnen worden geopend in een browser of in de VMware Horizon® Client™. Horizon Client versies 3.4 en later worden ondersteund.